Samenvatting
Harriet Beecher-Stowe werd in 1811 geboren. De hut van oom Tom was haar eerste boek. De aanleiding hiervoor was een nieuwe wet in Amerika (Fugitive Slave Act, 1850) die iedereen strafbaar maakte die slaven hielp. Uit woede schreef de schrijfster een reeks artikelen tegen de slavernij, die in 1852 gebundeld werden tot een roman. Dit boek brak alle verkooprecords en het bleek krachtig genoeg om de anti-slavernijbeweging op grote schaal te helpen. Sindsdien verschenen er vele boeken, vertalingen en films over het leven van oom Tom. Oom Tom is een slaaf op de katoenplantage van meneer Shelby, waar hij het goed heeft voor een slaaf. Dan moet meneer Shelby oom Tom wegens schulden verkopen aan een slavenhandelaar. Oom Tom moet zijn gezin achterlaten. Op de boot naar Zuid-Amerika redt hij de dochter van zijn nieuwe meester. Als beloning hoeft hij geen zwaar werk te doen. Wanneer de vrouw en dochter van zijn meester overlijden, wordt oom Tom verkocht aan een slavenpakhuis, vanwaar hij doorverkocht wordt aan de ruwe Legree. Oom Tom moet op een katoenplantage werken, waar alle slaven uitgeput en ondervoed zijn. Legree gebiedt Tom de andere slaven af te ranselen, maar oom Tom weigert en wordt daarom zelf afgeranseld. Uiteindelijk sterft oom Tom aan de ernstige verwaarlozing en mishandeling van Legree. Als de familie Shelby dit ter ore komt, worden daar alle slaven vrijgelaten als eerbetoon aan oom Tom.