Samenvatting
De herinneringen verlammen Wim. Hij leeft in een gevoel van onwerkelijkheid: 'vreemd, alsof hij niet langer bestaat'. Wat Ruud met hem deed toen hij een kleine jongen was, is niet zijn schuld, dat weet hij inmiddels. Toch voelt hij schaamte, en angst de liefde van zijn moeder en grootouders te verliezen. Lukt het Wim zijn zwijgen te doorbreken en iemand zijn verhaal te vertellen?
We volgen Wimpie vanaf zijn achtste, wanneer hij door een kostganger in zijn eigen huis wordt misbruikt, totdat hij volwassen is en de pijn en schroom eindelijk achter zich kan laten. Als door een camera zien we zijn leven van dichtbij: gedetailleerd, beklemmend, ontwapenend.