Samenvatting
De heren van de kerk draait om de 250 kanunniken van het kapittel Oudmunster in het laatmiddeleeuwse Utrecht. Deze lieden behoorden tot de voornaamste geestelijken in de Nederlanden. Hun achtergrond, opleiding en leefwijze, maar ook de instelling waaraan de kanunniken waren verbonden, komt uitgebreid aan bod. Met een veelkleurig palet schildert de auteur een rijk geschakeerd beeld met tal van informatieve details. Van een verbod op dansen tijdens de kerkdienst tot de inventaris van het huis voor de koorknaapjes. Maar ook wordt een nauwkeurige analyse gegeven van de sociale netwerken van de kanunniken, die zich over heel Europa uitstrekten. Daarnaast bespreekt de schrijver de kapittelkerk van Oudmunster, waarbij een aantal belangrijke bouwopdrachten op de voet wordt gevolgd. Vernieuwend is tenslotte zijn visie op het verband tussen de groepsmentaliteit en leefgewoonten van de kanunnikengemeenschap enerzijds en de inrichting en het gebruik van het kerkgebouw anderzijds. Het resultaat is een standaardwerk vol onvermoede details en boeiende vergezichten.