Samenvatting
De Hanze was dé ‘internationale’ handelsorganisatie van middeleeuws Europa. Toen zij in 1356 in Lübeck een officieel stedenverbond werd, had zij al een voorgeschiedenis van eeuwen. Ooit bestonden verschillende Hanzen, zoals de Vlaamse Hanze van Londen. De Hanze domineerde de handel op de Noord- en Oostzee. Haar buitenposten waren vier ‘Kantoren’ in Novgorod, Bergen, Londen en Brugge (later Antwerpen).
De Nederlandse Hanzegeschiedenis concentreert zich rond de IJssel- en andere oostelijke steden: Deventer, Zutphen, Kampen, Zwolle, maar bijvoorbeeld ook Groningen, Stavoren, Nijmegen, Roermond. Voor Holland en Zeeland was het Hanzenetwerk eveneens belangrijk. Het leidde tot ingrijpende conflicten als de Hollands-Wendische Oorlog (1438-1441). De neergang voltrok zich in de zestiende eeuw. De oostelijke steden verloren hun positie. Voor Holland en Zeeland resteerde de ‘moedernegotie’: fundament van de wereldomspannende handel in de zeventiende eeuw.
'De Hanze. Kooplui, koningen, steden & staten' schildert een kleurrijk panorama. Van Londen tot Novgorod; van Kampen, het ‘Rotterdam van de middeleeuwen’, tot de Waag van Doesburg. Vanaf de voorgeschiedenis passeren de verschillende fasen tot het langdurige einde. Met aandacht voor de Hanzeoorlogen, de robuuste kogge, de inzet van kaapvaart en de vage grens met zeeroof. Voor staatkundige ontwikkelingen, opmerkelijke actoren, de culturele erfenis – Hanzegotiek, portretkunst, literatuur en muziek. Zelfs voor ‘de Hanze na de Hanze’.