Samenvatting
De met een prijs voor het beste literaire debuut bekroonde dichter Mats Spaans verdwijnt op zekere dag spoorloos. Dit nadat hij zijn muze in bed heeft betrapt met - nota bene - zijn eeneiige tweelingbroer. Hij snijdt de banden met zijn geliefde, zijn labiele moeder, zijn tirannieke vader, zijn boosaardige tweelingbroer en zijn twee zussen definitief door. Maar wanneer zijn moeder dreigt te sterven aan de gevolgen van een zeer ernstige ziekte, keert hij vijfentwintig jaar later terug om afscheid van haar te nemen. Het weerzien met zijn familie en dus met zijn traumatische verleden, is ontwrichtend. In de eerste plaats voor Mats zelf, maar tevens voor zijn verbijsterde familieleden, die in de veronderstelling leefden dat hij dood was. Een roman over vluchten en uiteindelijk weer terugkeren, ernstig verstrikt geraakte familiebanden, het verliezen van je grote liefde, traumatische herinneringen en de bijna onzichtbare scheidslijn tussen fictie en werkelijkheid. Over de verstreken houdbaarheidsdata van emoties en schrijfsels.