Samenvatting
In De box schrijft Nobelprijswinnaar Günter Grass verder aan zijn autobiografie. Maar anders dan in De rokken van de ui, waarin Grass’ leven tot het verschijnen van De blikken trom in 1959 aan de orde kwam en waarin ook de oorlogservaringen en de herinnering daaraan werden gethematiseerd, zien we nu een lichtere toon, een sprookjesachtige toon. In De box laat Grass zijn acht kinderen over hem vertellen – maar dan wel in zijn eigen woorden. ‘Het zou best kunnen dat ook wij gewoon maar bedacht zijn,’ verzucht een van hen. Grass’ boeken, zijn huwelijken, zijn eigenaardigheden, de gezamenlijke huizen: dat allemaal en nog veel meer komt in de beproefde mengeling van feit en fictie aan de orde. Een extra dimensie krijgen de verhalen door de permanente aanwezigheid van de fotografe Marie, die met haar speciale fototoestel, een Agfa-Box, niet alleen vooruit maar ook achteruit kan kijken.