Samenvatting
De klassieke definitie van de arbeidsovereenkomst gaat als gevolg van ontwikkelingen als flexibilisering, digitalisering en globalisering niet altijd meer op. Deze publicatie voorziet in een breed en geactualiseerd onderzoek naar de problematiek rondom de kwalificatie van arbeidsrelaties. De arbeidsovereenkomst wordt in artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek (BW) gedefinieerd als #de overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten#. Deze definitie is sinds de inwerkingtreding van de Wet op de Arbeidsovereenkomst in 1909 nagenoeg gelijk gebleven. Echter, ontwikkelingen als flexibilisering, digitalisering en globalisering leiden ertoe dat dit #klassieke# beeld van de afhankelijke werknemer en de onafhankelijke zelfstandige niet meer altijd opgaat. In de afgelopen decennia is dan ook meermaals discussie gerezen over de wijze waarop arbeidsrelaties worden gekwalificeerd. In hoeverre leidt de oorspronkelijke kwalificatie nog tot een adequate toebedeling van sociaalrechtelijke bescherming? De arbeidsovereenkomst: een bewerkelijk begrip onderzoekt deze problematiek rondom het onderscheid tussen zelfstandige en onzelfstandige arbeid. De kwestie wordt beschouwd vanuit de beginselen partijautonomie en ongelijkheidscompensatie en wordt ondersteund door omvangrijke jurisprudentieonderzoeken. De auteur buigt zich over de vraag wanneer een inbreuk op de partijautonomie met een beroep op het beginsel ongelijkheidscompensatie gerechtvaardigd wordt geacht. Daarmee vormt dit onderzoek in wezen een zoektocht naar de #ongelijkheid# in ongelijkheidscompensatie. De lezer wordt meegenomen langs de verschillende relevante aspecten van de kwalificatievraag: De parlementaire geschiedenis De uitleg van het huidige wettelijk kader in de literatuur Het toetsingskader van de Hoge Raad De toepassing van het wettelijk kader in de feitenrechtspraak De titel brengt waardevolle inzichten aan het licht voor arbeidsrechtjuristen. Zo levert het onderzoek een reflectie op het arrest X/Gemeente Amsterdam uit 2020. Ook is een jurisprudentieonderzoek opgenomen waarin 242 uitspraken van feitenrechters zijn betrokken, gewezen tussen 1997 en 2020. Hiermee voorziet de publicatie in een breed en geactualiseerd onderzoek naar de problematiek rondom de kwalificatie van arbeidsrelaties.