Samenvatting
Stan Lauryssens verkoopt valse schilderijen van Salvador Dalí onder het motto 'dat kunst waard is wat de gek ervoor geeft'. Hij vliegt in de gevangenis. Zodra hij uit voorarrest komt, vlucht hij halsoverkop naar een vriendin in Spanje en koopt hij - met emmertjes zwart geld van zijn Vlaamse en Nederlandse klanten - een villa op de kale berg boven Cadaqués. Zijn enige buurman woont aan de voet van de berg. Met een fles roze champagne daalt Lauryssens het pad af naar de Middellandse Zee. Op het strand speelt een kamerorkest en op het water drijven witte zwanen met brandende kaarsen op hun rug. Een Spaanse dienstmeid opent de deur. Aan het eind van de gang zit een oude man in een rolstoel. Hij draagt een lang wit kleed en heeft een grijze snor. Zijn rechterarm beeft van schouder tot pols en speeksel druipt van zijn kin. Stan Lauryssens staat oog in oog met Salvador Dalí.Na zeven jaar hield Lauryssens het in Spanje voor bekeken. Hij zette zijn onwaarschijnlijke avonturen als buurman van Dalí op papier in een spannend scenario vol snelle dialogen, met een cliffhanger op iedere bladzijde, net zoals in zijn bloedstollende thrillers.