Samenvatting
Ik zou zo graag willen dat er eens iemand echt naar mij luisterde en mij begreep. Dat is natuurlijk moeilijk, want ik begrijp mezelf niet eens.
Eindhoven, begin jaren zeventig. Diana groeit op in een ‘Philipsgezin’, als jongste van drie kinderen. Ze voelt zich eenzaam en onbegrepen, vooral na het overlijden van haar vader. Alleen haar dagboek biedt troost. Ze snakt naar aandacht, begrip, geborgenheid. Naar liefde. Die meent ze te vinden in de veel oudere dirigent van het jongerenkoor. En later nog op veel andere plekken en bij andere mensen. Nergens vindt ze echt wat ze zoekt. Steeds komt ze in andere werelden terecht en vraagt ze zich af: is het normaal wat hier gebeurt? En wat vind ik eigenlijk zelf? Ondertussen leert ze zichzelf en de mensen om haar heen steeds beter kennen. En bouwt ze zelf het thuis op waar ze zo naar verlangde. Inmiddels is Diana al jaren gelukkig getrouwd met Nico en is ze (schoon)moeder en oma.