Fragment
“Jedem das Seine”
"Bemint elkander", "Draagt elkanders lasten" of "Draag zorg voor elkaar" — zo luidt het devies van de christelijke beschaving welke het Westen grondvest.
Nu is het vrijwel onmogelijk om op een meer accurate wijze de tegenpool van dit christelijke motto te verwoorden dan met de slagzin "Jedem das Seine" — "Elk het zijne".
Ofschoon die uitdrukking reeds in de Oudheid gangbaar was, kreeg zij de bittere betekenis van "Elk krijgt wat hij verdient" sinds zij als motto prijkt boven de hoofdingang van het concentratiekamp van Buchenwald. Door de Nazi's gebouwd in 1934-'37, herbergde dit kamp dwangarbeiders uit Europa en uit de Sovjet-Unie: joden, Polen, geesteszieken, anders-validen, religieuze en politieke gevangenen, Roma zigeuners, Sinti, Vrijmetselaars, Jehova's Getuigen, criminelen, homo's en krijgsgevangenen, van wie er, alleen in Buchenwald, naar schatting 56.545 omkwamen.
Onwillekeurig weerklinkt de vloek van "Jedem das Seine" waar de hedendaagse vertegenwoordigers van de onmens, de bange en zelfzuchtige menigte opruien tegen de vluchtelingen die dezer dagen in het Westen om bescherming bedelen tegen een regime dat nog driester te werk gaat dan toentertijd de Nazi's deden: Duitsland voor de Duitsers, Frankrijk voor de Fransen, Nederland voor de Nederlanders, Vlaanderen voor de Vlamingen of dus "Elk het zijne" — die lelijke slogan die herinnert aan de plantrekkerij van de Oudtestamentische broedermoordenaar Kaïn: "Ben ik soms mijn broeders hoeder?"
Verder afdwalen van het christendom is quasi onmogelijk maar, paradoxaal genoeg, profileren de rechts-extremisten die met een bevreemdende harteloosheid het ganse continent te schande maken, zichzelf als de beschermers van de christelijke waarden!
Waartoe dit uiteindelijk zal leiden, weten we: tot de persoonlijke adviseurs van de door het Vlaams belang op de handen gedragen Geert Wilders, behoort de held van massamoordenaar Anders Breivik en in onze Vlaamse regering zetelen ministers en parlementairen die hulde brengen aan oudgedienden bij de Vlaamse vleugel van de Gestapo die toentertijd miljoenen mensen oppakte om hen in concentratiekampen op te sluiten, waar hun een gruwelijke dood wachtte.
Zes miljoen mensen vonden de dood in concentratiekampen: zij werden veroordeeld en afgeslacht omdat zij niet behoorden tot de uitverkorenen, omdat zij de uitverkorenen voor de voeten liepen, omdat zij als minderwaardig werden bestempeld, omdat zij de economie van het land zouden onderuithalen of omdat zij volgens de zieke ideologie van hun moordenaars niet beter verdienden. Zij hadden nu eenmaal geen blonde haren en blauwe ogen, hun moedertaal was niet het Duits, ze hadden een zichtbaar gebrek of hun religieuze of ideologische sympathieën werden niet gedeeld door de heersers van dat ogenblik.
Miljoenen anderen ontsnapten aan de gaskamers en aan de werkkampen door het land uit te vluchten. Medelijdende burgers gaven aan deze vluchtelingen onderdak, ook al riskeerden ze zo hun eigen leven, en na de oorlog verbonden de Verenigde Naties zich ertoe om in het vervolg aan alle politieke vluchtelingen asiel te verlenen totdat de dictator voor wie zij have en goed moesten achterlaten, in de pan gehakt was.
Maar geloof het of niet: toen de jongste vluchtelingenstroom op gang kwam, bleek het Westen geregeerd te worden door politici die over die overeenkomsten, ingeschreven in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, nog nooit hadden gehoord. Velen van hen konden de twee wereldoorlogen niet onderling onderscheiden. Sommigen kenden deze histories enkel van populaire televisiefilms. Door het volk verkozenen ontkenden prompt het bestaan van de concentratiekampen: kennelijk waren zij ervan overtuigd dat zij de geschiedenis niet horen te kennen en dat ook de waarheid een resultante van verkiezingen is. Zoals een volkstribunaal in de rechtszaal beslist over de schuld van de beschuldigde, zo beslist de kiezer erover wat al dan niet gebeurd is. Vindt de meerderheid dat concentratiekampen niet hebben bestaan, dan horen zij uit de geschiedenisboeken te verdwijnen. Vindt een meerderheid dat Hitlers zieke ideologie verspreid mag worden, dan kan Mein Kampf naar hartenlust worden herdrukt.
Opnieuw bevinden zich, verspreid over gans Europa, miljoenen vluchtelingen in concentratiekampen. Mannen, vrouwen en kinderen leven er in erbarmelijke omstandigheden, zij lijden honger en kou en worden ziek. Zij zijn op de vlucht voor een regime van terreur dat in de ganse geschiedenis zijn gelijke niet heeft gekend. Zoals alle vluchtelingen weten zij niet waarheen, zij weten alleen waarvoor zij vluchten, en toch doen de rijke westerlingen alsof het gaat om soldaten die welbewust het Westen onder de voet komen lopen. Hoe doortrapt moet men niet zijn om zo te oordelen over mensen in erbarmelijke toestanden die wellicht straks iedereen zal delen?
×