Samenvatting
De westerse wereld kampt met institutioneel opportunisme. Het wordt steeds normaler gevonden om de mazen van de wet op te zoeken en overal zo veel mogelijk van te profiteren. We denken dat vooral grote multinationals zich schuldig maken aan belastingontwijking, milieuvervuiling en andere opportunistische praktijken, maar de opportunistische mentaliteit is doorgedrongen in alle lagen van de samenleving. Ook de politiek en het openbaar bestuur zijn hiermee besmet. De keerzijde van opportunisme is wantrouwen en polarisatie. Zo wordt de democratie langzaam uitgehold. In dit boek wordt deze problematiek vanuit economisch-filosofisch perspectief geanalyseerd. Dit boek levert een bijdrage aan het maatschappelijk debat over hoe we het tij kunnen keren en hoe we het vertrouwen in elkaar kunnen terugwinnen.
De westerse wereld kampt met institutioneel opportunisme. Het wordt steeds normaler gevonden om de mazen van de wet op te zoeken en overal zo veel mogelijk van te profiteren. We denken dat vooral grote multinationals zich schuldig maken aan belastingontwijking, milieuvervuiling en andere opportunistische praktijken, maar de opportunistische mentaliteit is doorgedrongen in alle lagen van de samenleving. Ook de politiek en het openbaar bestuur zijn hiermee besmet. Wij – de burgers – laten dit allemaal maar gebeuren. We doen er niets aan. In tegendeel zelfs, we gaan onszelf ook opportunistisch gedragen. Onbegrensd opportunisme maakt de superrijken steeds rijker en de machtigen steeds machtiger. De keerzijde van opportunisme is wantrouwen en polarisatie. Zo wordt de democratie langzaam uitgehold. Er wordt betoogd dat de transactiekostentheorie, een relatief nieuwe stroming binnen het neoliberale denken, een aanjagende invloed heeft gehad op deze maatschappelijke ontwikkelingen. In dit boek wordt deze problematiek vanuit economisch-filosofisch perspectief geanalyseerd. Er is geen specialistische voorkennis vereist. In dit essay wordt een beeld geschetst van de destructieve impact van het neoliberale opportunisme op de bestuurscultuur en de inrichting van onze samenleving. Het coronabeleid fungeert daarbij als voorbeeld. Het doel is een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk debat over hoe we het tij kunnen keren en hoe we het vertrouwen in elkaar kunnen terugwinnen. Hopelijk raken lezers geïnspireerd om aan dat debat deel te nemen, om zo te bouwen aan een samenleving waarin we weer oprecht met elkaar praten en opportunisme wordt verdrongen door morele rechtvaardigheid. Miranda Boorsma (1958) is econoom en bedrijfskundige, gespecialiseerd in marketing en vooral geïnteresseerd in de interdisciplinaire benadering. Ze is meer dan twintig jaar als wetenschapper verbonden geweest aan de Rijksuniversiteit Groningen en gepromoveerd op de vraag hoe marketing kan bijdragen aan het maatschappelijk functioneren van kunst, in het bijzonder theaterkunst.