Samenvatting
Wat ik maak, is wat ik ben: een mix,' zegt fluitist Chris Hinze (1938) in een interview. Een treffende typering van het wezen van een van de meest getalenteerde en controversiële musici die Nederland ooit heeft gekend. En een van de raadselachtigste. Chris Hinze. Een biografie is een zoektocht naar de drijfveren van deze evenzeer bewonderde als verguisde componist, die bijna jaarlijks van muziekstijl wisselde en in de herfst van zijn carrière nog steeds even energiek en dwars is als een halve eeuw geleden, toen hij het succes van zijn barokplaten op de bühne met snoeiharde jazzfusion beantwoordde. Het was een eerste vingerwijzing naar de grilligheid die zijn ontdekkingsreis door de muziek zou kenmerken. Een soloavontuur waarin hij zich door niets en niemand van zijn koers liet afhouden, geen continent of genre onbeproefd liet en aan een indrukwekkend oeuvre bouwde dat hem naast drie Edisons de bijnaam 'De Stanley en Livingstone van de muziek' opleverde - en een lijst van medewerkers die tot de top van de muziekwereld zijn gaan behoren, onder wie John Lee en Gerry Brown, de Brecker Brothers, Charlie Mariano, Larry Coryell, Arto Tunçboyaci, Trilok Gurtu, Peter Tosh, Claron McFadden en Junkie XL. Aan de hand van diepgaande gesprekken met Chris Hinze en tal van personen die hem van nabij meemaakten, schetst biograaf Kees Ruys een kleurrijk beeld van de carrière van een Indische dirigentenzoon, die na zijn kinderjaren op een Javaans landgoed en zijn eerste puberreisje naar Parijse jazzkelders maar één doel nastreefde: zelfstandig muzikant worden. De weg erheen was kronkelig, maar leerzaam. Voor Chris Hinze op zijn vierentwintigste besloot om dwarsfluit te gaan spelen, leidde hij als pianist een eigen dixielandorkest, begeleidde hij stripteasedanseressen en een Mexicaanse zanger in het Haagse nachtleven, speelde jazz voor Amerikaanse militairen en trok met een schlagerband door Duitsland. Een potpourri aan stijlen die de basis vormde voor de interculturele fusion die uiteindelijk zijn keurmerk werd - en die hij zelf met 'jazz' bleef aanduiden: 'Gewoon, improvisatie...' Chris Hinze is een boek over een solitaire perfectionist die menigeen met zijn controledrift tot wanhoop dreef, maar ondertussen heimelijk bleef dromen van een teruggetrokken leven in de Himalaya. Een paradox die hij niet heeft opgelost, maar in muziek heeft omgezet. De exclusief bij het boek uitgebrachte cd geeft een staalkaart van Hinzes veelzijdigheid door de decennia heen met veel opnamen die al lang niet meer verkrijgbaar zijn.