Fragment
In dit boek probeer ik via een totaal andere invalshoek antwoord te geven op onze drijfveren, inzicht in ons onderbewustzijn. Het is een nieuwe methode om door te dringen in één van de Centra van ons Denken, in het wezen van onze identiteit. Een aantal van de bovenstaande vragen worden erin betrokken aangezien ik de kern van het verhaal zo specifiek mogelijk wil duiden. De methode noem ik “Identificatie-methode”. Uitdrukkelijk wil ik stellen dat het hier om een mogelijke verklaring gaat, het is geen wetenschappelijke methode.
Ik heb genoemde personen uitvoerig bestudeerd en ben tot de conclusie gekomen dat er een patroon zit in hun denken en handelen. Middels het vergelijken en combineren van al bestaande en bekende informatie toon ik onvermoede parallellen die een andere interpretatie rechtvaardigen. Ogenschijnlijk betekenisloze feiten als een namen of (geboorte-) data, blijken bij los van elkaar staande personen als Hitler of Breivik opeens in een heel ander daglicht te komen staan.
Aan de hand van analyse van bovenstaande personages wordt gaandeweg duidelijk dat identificatie met namen en data een belangrijke rol heeft gespeeld in onze geschiedenis en nog steeds speelt in ons heden en onze toekomst. Echter, de mate waarin is niet of moeilijk meetbaar.
De kern van mijn betoog is dat een persoonlijke identiteit, die bestaat uit interesses, vaardigheden, persoonlijkheid-kenmerken, karaktereigenschappen, opleiding, een culturele en familieachtergrond, het IQ en EQ, lichamelijke en psychische gesteldheid met behulp van “identificatie” geactiveerd wordt, waarbij ik mij in dit boek voornamelijk richt op “naam/datumidentificatie”. Ook drijfveren als lust, liefde, macht, geld, wraak, angst, doodsdrift en overlevingsdrang zijn waarschijnlijk deels ondergeschikt aan identificatie.
Middels “identificatie” van namen/data van de eigen identiteit en de directe familie met namen/data uit een historische dan wel contemporaine Centrum “denkt” oftewel “identificeert” men zich als het ware in/met een Centrum. In dit boek richt ik mij op de grote geschiedenis en daarom gaat het in het geval van Hitler, George Washington, Lenin, Churchill, Franco en Napoleon om het politieke, religieuze en koninklijke machtscentrum, maar ook in het geval van Vincent van Gogh, Anders Breivik en Friedrich Nietzsche draait het hierom. Er is dus in alle gevallen een “relatie” op basis van naam/datumidentificatie tussen de hoofdpersoon en een bepaald Centrum. De grote identificatiepunten in onze westerse maatschappij betreffen het religieuze christelijk/Joodse basisverhaal, de klassieke oudheid, de boven-nationale en nationale vorsten, koninklijke families en de nationale en internationale politici. De eigen familie vormt natuurlijk bij iedereen een identificatiepunt.
Identificatie is echter niet met onze zintuigen waarneembaar. Alleen aan de hand van een groot aantal voorbeelden zou men tot de conclusie kunnen komen dat dit fenomeen bestaat en een grote impact heeft. Vandaar dat ik deze 9 historische dan wel tot de verbeelding sprekende persoonlijkheden heb uitgezocht die voor iedereen verifieerbaar zijn.
Aangezien “identificatie” dus niet gemakkelijk waarneembaar is en we er in feite niet van bewust zijn noch van de impact ervan, kom ik tot de conclusie dat het zich in ons onderbewustzijn afspeelt. Het is geen verstandelijk, theoretisch gebeuren, maar gevoelsmatig. Bovendien gaat het niet om aanleg en evenmin om opvoeding, het zit ertussenin. Middels de in dit boek gehanteerde “Identificatie-methode” probeer ik inzicht te krijgen in het onderbewustzijn van de hoofdpersonen in deze , ook voor hen, onbewuste gevoelsmatige identiteitswereld waar “identificatie”, “centrumgevoel” en “gevoel voor uitverkorenheid” de kernwoorden zijn.
We hebben dus een bewuste wereld en een onbewuste wereld, waarbij de bewuste wereld de wereld is die wijzelf gecreëerd hebben: de wetten, rites, gebouwen, diplomatie, etiquette, muziek, zakelijke contracten, literatuur, sociale afspraken, etc. Hier gaat het om de politiek, de economie, de religie, de sociale verhoudingen en de cultuur. Voor een groot deel een verstandelijke, tastbare, bewuste wereld met een eigen bekende logica en omgangsvormen.
Daaronder de onbewuste, niet tastbare, gevoelsmatige wereld, van het onderbewustzijn, die middels "identificatie" en “identiteit” de bewuste wereld (deels?) aanstuurt. Het is ook de wereld waar fantasie en werkelijkheid door elkaar kunnen lopen. Religie, politiek, cultuur, het sociale, het militaire of de economie, etc. staan ten dienste van de identiteit. De identiteit kan zich wel geheel in één aspect “verliezen”, bijvoorbeeld in de economie of in de religie en daar volledig door bezield raken. Een identiteit is dynamisch, niet statisch en aan verandering onderhevig. Maar ook een Centrum (bijvoorbeeld politiek of religieus), waarmee men zich identificeert kan veranderen.
Wil men echter een volledig beeld krijgen van de mens, dan zal zowel de bewuste als de onbewuste mens beschreven moeten worden en dat liefst in onderlinge samenhang. Een politiek of economisch probleem of situatie zal op de eerste plaats verklaard worden vanuit de politieke of economische logica en wetenschap, maar als met behulp hiervan onvoldoende bevredigende verklaring kan worden gevonden, zal men dieper moeten zoeken dan de politieke of economische horizon en dus zich op het terrein van de identiteit en identificatie moeten begeven. Vaak is er sprake van gelaagdheid: een probleem of situatie is meestal niet alleen puur religieus of politiek of sociaal, maar een combinatie ervan en daardoorheen speelt het identiteitsverhaal. Doordat de werelden van het bewuste en onderbewuste, zo door elkaar lopen is vaak moeilijk te duiden waar de kern van een probleem ligt of in welke laag.
Niet elk verhaal of probleem is politiek of economisch , maar is wel altijd gerelateerd aan de identiteit, omdat nu eenmaal elke mens elk moment van het leven een identiteit heeft die via “identificatie levenslang zal worden uitgewerkt. Het identiteits-identificatie-verhaal is het basisverhaal, het is de rode draad in een mensenleven terwijl het politieke, economische of religieuze verhaal en probleem aan verandering onderhevig kan zijn.
Dit boek, Centrum Denken, probeert aan de hand van een in het boek uitgelegde “Identificatie-methode” inzicht te geven in de drijfveren, het onderbewustzijn, van de 9 hoofdpersonen. Daarnaast worden er een aantal minder uitgebreide voorbeelden gegeven van historische dan wel contemporaine personen waarbij naam/datumidentificatie een belangrijke rol lijkt te hebben gespeeld.
In dit boek heb ik mij geconcentreerd op de factor “identificatie” om duidelijk te maken hoe groot de impact hiervan is op de mens en zijn geschiedenis. Het is een ingang, een interpretatie van de geschiedenis die mij een beter inzicht heeft gegeven in de drijfveren van de mens en van de beschreven personen in het bijzonder. Ik ben mij ervan bewust dat deze theorie verre van volledig is, verre van perfect, niet wetenschappelijk en ook moeilijk te bewijzen. Echter, zolang als wij mensen niet weten wat ons bezielt en hoe wij tot ons denken en handelen komen, zullen we het moeten blijven doen met theorieën.
Het is eerder het begin van een denkrichting die aan wil tonen dat de factor “identificatie” een enorme impact had en nog steeds heeft op de menselijke geschiedenis. De geschiedenis kan zo (deels?) geïnterpreteerd worden en dus moet dit verhaal verteld worden. Of en hoe deze theorie is in te passen in de reeds bestaande theorieën laat ik graag over aan de lezer om te bepalen.
×