Fragment
“Ik hoor u Vader. Spreek tot mij. Laat mij Uw wijsheid ervaren. Voorwaar ik heb gezondigd. Mijn boete zal geschieden. Ik ben gevallen voor de duistere kanten en ben bereid uw straf te ondergaan. Laat mij uw Aardse dienaar zijn, daar ik verleid ben. Mijn onwetendheid heeft mij parten gespeeld, oh Vader. Toch besef ik de ernst van mijn misdaad. Laat mij lijden, zoals Uw eigen zoon leed.”
Op dat moment stak hij een mes in zijn linkerhand palm en pinde zo zijn hand vast aan het houten tafelblad waaraan hij stond. De tafel was bezaaid met rozenbladeren. Schalen met water en kaarsen met daar tussen in de bijbel maakte het tot een macaber tafereel.
×