Samenvatting
Adriana Elisabeth (Bet) Verhey [Brielle 1832], dochter uit een kinderrijke Brielse familie, is meteen na haar huwelijk in 1859 met haar echtgenoot Rein Rauws naar Indië gegaan, heeft er een gezin gesticht en is aldaar overleden. De brieven vanuit Parijs in haar verlovingstijd en vanuit Java nadat haar tweede kind op komst is, geven een zeldzaam maar ook aangrijpend kijkje in het leven in ‘de Oost’; het gezin en de kinderen, de relaties in- en uit Nederland, het leven op de suikeronderneming en de ontberingen. De vlot en openhartig geschreven brieven reiken van de ongemakkelijke rijtuigen op het prille spoor naar Parijs – waar spoorwegpionier Conrad, een kennis van de familie en aangetrouwd oom van Rein Rauws, haar zal begeleiden – tot aan de op Java merkbare gevolgen van een in Nederland uitgebroken “vee ziekte”; van de kosten van een “photographisch toestel” tot aan de rekening voor een bevalling; van de droom weer eens in Holland te zijn tot aan de angst alweer een kind te verliezen. De brieven van Bet uit de periode 1856-1866 – aangevuld met die van haar echtgenoot Rein Rauws – zijn geannoteerd en voorzien van een uitgebreid personenregister.