Samenvatting
In het verlangen naar een nieuw leven, weg van het gekonkel in Amsterdam, vertrekt Gerrit Komrij in 1984 naar Portugal.
In Alvites, een door de wereld vergeten plek in de bergen van Trás-os-Montes, heeft hij een majestueus palácio gevonden, en daar wenst hij met zijn partner Charles Hofman tot aan zijn dood te blijven.
Maar in die zinderende idylle, waarin hij kan wandelen, wegdromen en verdwalen, verschijnen langzaam de eerste scheurtjes. Na de vierde winter komt er abrupt een einde aan hun avontuur en vertrekken ze naar Vila Pouca da Beira, aan de voet van de Serra da Estrela.
Brieven uit Alvites is het verhaal van twee excentrieke stadsmensen in een plattelandsparadijs. Het is ook het verhaal van een verloren tijd, waarin de vrouwen keuvelend de was doen op het dorpsplein en koelkast, televisie en magnetron nog niet lijken te bestaan.