Fragment
Superman
Bij het aanschaffen van mijn nieuwe Renault in 2011 heb je een grote rol gehad. En ook bij het goed houden van die bolide heb je een rol, want nadat we in juni de Renault hebben opgehaald in Elst bij de dealer zitten we bij jou thuis aan de koffie. ‘Eigenlijk zou je hem ook moeten stallen. Bijvoorbeeld onder de Albert Heijn’ zo opper je en biedt aan dat ik jouw plek daar over kan nemen voor 30 euro in de maand.
Het vooruitzicht om mijn nieuwe auto binnen te kunnen zetten in plaats van achter bij mijn flat op de gemeenschappelijke parkeerplaats met een paar blauwe zone’s waarover ik in de 16 jaar dat ik daar woon twee keer struikel, stemt me meteen positief. Zeker als het koud en nat wordt dan is een dak over de auto prettig, zo vindt ik dat najaar uit.
Het plekje dat je altijd had, heeft een grote nummer vijftien in het vak staan en is redelijk vooraan. De ‘druppel’ doet het hek bij de ingang mooi open gaan, en dan is het een meter of twintig misschien naar de auto. Regelmatig vertel je mij dat je nadat je binnengekomen bent door de grote poort naar de auto liep, instapte en dan net voordat de poort weer ging sluiten naar buiten reed. De eerste keren dat ik uit de ondergrondse garage naar buiten rijd in mijn Laguna ben ik daar nog helemaal niet mee bezig, maar na een dikke week ga ik het ook proberen.
Grote poort gebruiken om binnen te komen, in snelwandelpas naar de auto, instappen, en dan weer naar buiten. Maar telkens als ik aankom bij het hek schuift dat weer netjes dicht. En dus moet ik met mijn auto de sensoren aan het werk zetten voordat alles weer open draait en ik naar buiten ga. Na een keer of vijf proberen geef ik het op. Ik geloof je niet. Zonder de indruk te maken te willen snoeven bevestig je bij navraag het nogmaals: ‘Ja, als je doorloopt dan past het precies, en ben je buiten voordat hij weer helemaal dicht zit.’ Ik laat deze slag aan jou. Jaren later probeer ik het nog een paar keer als ik me realiseer dat je achteruit geparkeerd zou kunnen hebben en daardoor misschien sneller van je plek kwam dan ik in de Renaults of de Peugots. Maar ook als ik meteen weg kan rijden vanaf de plek kom ik tijd te kort om het door mij zelf geopende hek in dezelfde opening te passeren. Ik glimlach. Die laatste tien jaar van jouw leven noemde ik je ‘Superman’ als ik het tegen anderen over je had. Superman. Het moet de enige logische verklaring zijn voor het feit dat jij er in slaagde in één opening van de poort binnen te komen en weer uit te rijden, en ik bij lange na niet.
×