Samenvatting
Stefan Zweig (1881-1942)was een uitgesproken liefhebber van boeken en drukkunst. In het verhaal ‘Boekenmendel’ komen die kenmerken prominent naar voren. In zijn sensitieve, krachtige stijl schildert Zweig tegen het decor van de Eerste Wereldoorlog het leven van de geniale joodse antiquaar Boekenmendel die vanuit het Weense café Gluck zijn handel drijft. ‘Boekenmendel’ verschijnt in deze bundel voor het eerst in Nederlandse vertaling. Het tweede verhaal is ‘De onzichtbare verzameling’. Ook hier brengt Zweig met kennis van zaken en subtiliteit een gepassioneerde bibliofiel en verzamelaar in beeld. En opnieuw is de melancholie om de wereld van gisteren krachtig aanwezig. De humanist Stefan Zweig noemde Europa zijn ‘geistige Heimat’, voor hem was het een samenhangend cultuurgebied dat tussen 1900 en 1940 steeds meer ontworteld raakte door barbarij en oorlog: ‘Ik had weer eens zuivere geestdrift mogen aanschouwen in een afgestompte, vreugdeloze tijd, een soort geestelijk doorluchte, geheel op de kunst gerichte extase zoals wij gewone stervelingen die allang verleerd lijken te zijn.’ Ton Naaijkens vertaalde beide verhalen. Hij spreekt zijn dank uit voor de meelezers Hilde Kugel en Elbert Besaris, die een deel van de vertaling kritisch hebben bekeken. Bij zijn vertaling werd het intensiefst geholpen door Caroline Meijer, die hij daarvoor niet genoeg kan danken. Het boek wordt geïllustreerd door een tiental foto's van Maria Austria die zij 1960 in Wenen maakte. Dit is de eerste keer dat zij de stad weer bezocht nadat zij er tussen 1933 en 1936 op de Graphische Lehr- und Versuchsanstalt fotografie had gestudeerd.