€ 24,99

ePUB ebook

niet beschikbaar

PDF ebook

niet beschikbaar

Bloedjuweel

Een slavenmeisje. Een bastaardprins. Een tiran.

Lotte van den Noort • Boek • paperback

  • Samenvatting
    Joseon, het vroegere Korea. Haejoo werkt op de rijstvelden en worstelt iedere dag met het feit dat ze in de schaduw van haar mooiere en oudere zus leeft. Daesung is een bastaardprins en moet aanzien hoe zijn oudere broer Kyong, erfgenaam van de troon, langzaam de controle verliest. Haejoo wordt door Kyong gevraagd in het paleis te werken als koninklijke heler. Alles in haar schreeuwt om dit niet te doen, maar de kroonprins belooft haar familie rijkelijk te belonen, dat laat Haejoo geen keuze.
    Wanneer het lot Haejoo en Daesung bij elkaar brengt, lijkt het alsof alles hen uit elkaar probeert te drijven. Dan verdwijnt Daesung en blijft Haejoo alleen achter, denkend dat haar jeugdliefde is gestorven.

    Vier jaar later werkt Haejoo nog steeds in het paleis. Ze heeft een vriendschap opgebouwd met Kyong, de nieuwe koning van Joseon. Kyong heeft zijn zinnen op haar gezet, maar Haejoo kan aan niemand anders denken dan aan Daesung.

    Wanneer er plotseling een jongeman opduikt die verdacht veel op de verloren bastaardprins lijkt, is Haejoo vastberaden erachter te komen wie hij is en wat zijn motieven zijn.

    Maar is Haejoo’s liefde sterk genoeg om alles op te offeren wat haar lief is?
  • Productinformatie
    Binding : Paperback
    Distributievorm : Boek (print, druk)
    Formaat : 148mm x 210mm
    Aantal pagina's : 296
    Uitgeverij : Lotte's Books
    ISBN : 9789464060072
    Datum publicatie : 04-2020
  • Inhoudsopgave
    niet beschikbaar
  • Reviews (0 uit 0 reviews)
    Wil je meer weten over hoe reviews worden verzameld? Lees onze uitleg hier.

€ 24,99

niet beschikbaar

niet beschikbaar



3-4 werkdagen
Veilig betalen Logo
14 dagen bedenktermijn
Delen 

Fragment

De kroonprins had door dat ik staarde, maar ik was te langzaam in het afwenden van mijn blik. ‘Wie zijn deze meisjes?’ wilde hij weten.
‘Twee slaven uit het rijstdorp, Hoogheid,’ zei de wachter naast mij. ‘Ze vielen de prins lastig.’ Ik wilde hem maar al te graag duidelijk maken dat ik het woord “slaaf” niet leuk vond om te horen, maar ik hield wijselijk mijn mond.
‘En wat gaf jullie het recht?’ vroeg de kroonprins.
Ik dacht eerst dat de grond begon te trillen, maar ik kwam er al snel achter dat ik dat zelf was. ‘H…Hoogheid…’ stamelde ik. Mijn stem stierf weg. Dit was allemaal mijn schuld. Arme Jiwoo.
‘Ze hebben me niet lastiggevallen,’ zei de jongere prins plotseling. ‘Ze waren gewoon op de verkeerde plek toen de wachters me vonden.’
‘Dat mag dan wel zo zijn,’ zei Kyong grijnzend, ‘maar ze weten nu dat vader ziek is. Dat hebben ze net gehoord.’
‘We hebben niks gehoord, Hoogheid,’ riep Jiwoo in paniek. ‘We beloven dit nooit aan iemand te vertellen.’ De wachter gaf haar een trap in haar rug. Jiwoo viel brullend voorover.
‘Wie gaf jou het recht om tegen de kroonprins van Joseon te spreken?’ siste de wachter.
‘Vermoord de slavenmeisjes,’ besloot Kyong. ‘Het is misschien goed voor mijn broertje als hij ziet wat de consequenties zijn van zijn ongehoorzaamheid.’
De jongere prins begon te vloeken en smeekte zijn broer om ons met rust te laten. Ik hoorde het niet. Wat er gebeurde ging als een waas aan mijn ogen voorbij. Ik voelde hoe ik bij de kraag van mijn modderige jurk werd gegrepen en overeind werd getrokken. Jiwoo overkwam hetzelfde. De wachters sleepten ons al in de richting van de opengaande deur. De lemmeten van hun zwaarden glommen in het maanlicht.
Wanhopig keek ik om me heen, maar het enige wat ik zag was hoe de kroonprins weer begon te krabben aan de rode plekken op zijn lichaam. En toen wist ik het. ‘Hoogheid!’ brulde ik hysterisch. ‘Ik kan u helpen!’ De wachters stopten echter niet met lopen. ‘Met de jeuk, bedoel ik!’
‘Stop!’ riep Kyong onmiddellijk na het horen van mijn woorden. Hij wachtte niet tot de wachters mij naar hem toe brachten, maar liep zelf met grote passen op me af. ‘Hoe weet jij van mijn aandoening?’ Hij fronste en ontblootte zijn tanden. ‘Wie heeft je dat…’ Kyong staakte zijn zin en rechtte zijn rug, waarna hij de wachters het bevel gaf mij en Jiwoo los te laten. De wachters deden wat hij hen opdroeg en vertrokken toen door de deur. Alleen de kroonprins, de jongere prins, Jiwoo en ik stonden nog in de zaal.
‘Ik herken de symptomen,’ gaf ik zachtjes toe. Dat was niet gelogen. Mijn vader had dezelfde huidaandoening gehad. Schrale, rode plekken hadden zijn hele lichaam bedekt. Hij probeerde ze vochtig te houden, maar dat gaf geen resultaat. Nana had een dikke zalf voor hem gemaakt, dat leek te helpen. Zolang hij de plekken vettig hield en genoeg rust nam, trokken ze langzaam weg. Hoewel ze nooit voor altijd wegbleven.
‘Liegen tegen een kroonprins is dodelijk,’ waarschuwde Kyong.
‘Ik lieg niet. Dat zweer ik.’
Jiwoo stond naast me, nog steeds te trillen als een rietje. Op haar wangen hadden haar tranen een spoor getrokken in de opgedroogde modder.
De jongere prins kwam nieuwsgierig naast zijn broer staan en keek van hem naar mij en weer terug. ‘Je kunt mijn broer helpen?’
Ik knikte vastberaden. ×
SERVICE
Contact
 
Vragen