Samenvatting
In het voorjaar van het roerige jaar 2020 verruilden Pieter Waterdrinker, zijn vrouw en drie poezen hun appartement in Sint-Petersburg voor een tijdelijk onderkomen in de Franse Tarn. Wanneer Waterdrinker in november van dat jaar enkele weken in het Schrijvershuis aan het Spui in Amsterdam verblijft, beleeft de coronapandemie inmiddels zijn hoogtepunt. Op een dag verschijnt de dertigjarige Jeva Harms in het Schrijvershuis, die daar eerder verbleef met de zwarte rapdichter Winston Wow. Als dan ook nog eens Waterdrinkers succesvolle en schatrijke oude schoolvriend Otto Brons opduikt, ziet de schrijver zich geconfronteerd met een geheim uit zijn verleden dat zijn bestaan volledig op zijn kop zet. Biecht aan mijn vrouw is een even hilarisch als weemoedig relaas over de zin van het leven, over liefde, kinderen, trouw en ontrouw, over het verstrijken van de tijd en het onherroepelijke ouder worden. Met schwung en milde spot becommentarieert Waterdrinker de huidige tijd, waarbij hij de lezer wederom tot de laatste bladzijde weet te boeien.
Net als in zijn bestseller Tsjaikovskistraat 40 neemt Waterdrinker ons wederom mee op een flaneertocht door zijn leven.
Over Tsjaikovskistraat 40: ‘Een aangrijpende memoir, zwart-komische vertelling, vloeiend vertaald door Paul Evans. […] Een waardevol historisch document.’ THE DAILY TELEGRAPH ‘De gave van Waterdrinker voor woeste komedie en zijn oorlogscorrespondentenoog hebben weinig hedendaagse equivalenten.’ THE TIMES ‘Zijn boeiende verslag van 400 pagina’s over de post-Sovjet-wanorde grijpt je en laat je niet meer los.’ THE SPECTATOR ‘Dit is Waterdrinker op zijn best. Cynisch spottend, exuberant; zowel qua inhoud als qua stijl.’ DE VOLKSKRANT ‘Een krachtig kunstwerk. Een onafhankelijke, vrije geest die met een scherp oog observeert en kleurrijk schetst.’ DE GROENE AMSTERDAMMER