Samenvatting
Zijn voortdurende jacht op geld dreef prins Bernhard onafwendbaar in de armen van illegale wapenhandelaren, obscure zakenlieden en louche bankiers. Omstreeks 1950 rees er serieuze verdenking tegen de prinsgemaal vanwege zijn bemoeienissen met wapenhandel in Indonesië en de minister-president zag zich genoodzaakt de kwestie te laten onderzoeken door de Koninklijke Marechaussee en de Rijksrecherche. Hun rapporten die in de doofpot verdwenen - geven een onthutsend beeld van Bernhards activiteiten en zakelijk netwerk.
Het kabinet Drees was bang dat Bernhards onbezonnen gedrag niet alleen de naam van het Koninklijk Huis zou kunnen bezoedelen, maar bovendien de regering in een chanteerbare situatie kon manoeuvreren. Dit boek legt het web bloot van de man die zichzelf graag als`zakenprins presenteerde, maar die door zijn roekeloos gedrag een gevaar dreigde te worden voor de Nederlandse staatsveiligheid. En waar bleven al de miljoenen die hij extra bijverdiende?
De totstandkoming van dit boek is in de eerste plaats te danken aan Cees Fasseur die in Juliana & Bernhard een paragraaf aan prof. Jan Willem Duyff heeft gewijd. Zijn slordige behandeling van het onderwerp was de directe aanleiding voor dit boek. De zoon en dochter van Gerrie van Maasdijk (kamerheer van koningin Juliana) hebben vanwege diezelfde paragraaf een aanklacht wegens smaad tegen Fasseur ingediend. Of dat terecht is zal de rechter moeten uitmaken, maar de achtergronden van het conflict Van Maasdijk-Fasseur worden in dit boek van NIOD-medewerker Gerard Aalders alvast uitgebreid belicht.
Gerard Aalders is als onderzoeker verbonden aan het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie. Hij publiceerde ondermeer over spionage, economische collaboratie, roof van Joods bezit, neutraliteitspolitiek, de Bilderbergconferenties, kartels en de monarchie.