Fragment
Het drietal vrienden dat we nu geregeld in onderlinge gedachtewisseling zullen ontmoeten, vormt een gevarieerd gezelschap. De onderwerpen die bij deze gelegenheid besproken worden lopen eveneens uiteen. Ondanks het verschil in afkomst, ontwikkeling en karakter bestaat er tussen hen toch een grote mate van overeenkomst. En al rijst er soms enig verschil van mening over een bepaalde zaak, men tracht toch altijd weer tot onderlinge overeenstemming te komen. Deze overeenstemming geschiedt dan niet door persoonlijke meningsvorming, maar op grond van het onfeilbare Woord van God. Vandaar dat bij de gesprekken de Bijbel niet gesloten blijft. En het psalmboek evenmin. Want na afloop wordt er meestal nog een psalmversje gezongen en vervolgens met gebed besloten.
Op zekere avond komt een van de vrienden, Ruimhart, met het voorstel eens te spreken over het gevaar van de zogenaamde “derde weg”. Dit onderwerp roept bij de anderen enkele vragen op. Een van hen, Doolaard, merkt nadrukkelijk op: “Ik lees in de Bijbel maar van twee wegen, de brede en de smalle weg. Een zondaar die op reis is naar de eeuwigheid bevindt zich volgens mij óf op de brede, óf op de smalle weg. Een derde weg is er niet.” De waarheid hiervan wordt door de derde aanwezige vriend, Kleinmoed, bevestigd. Van een derde weg wil hij ook beslist niet weten.
×