Samenvatting
In Begane grond gaat Hans Tentije in lange, verhalende gedichten vol scherpe waarnemingen opnieuw op zoek naar dat wat het voorstellingsvermogen te boven gaat. Herkenbare taferelen en treffende vergezichten combineert hij met het ongrijpbare en onaanraakbare. Zijn zoeken in precieze woorden en frasen brengt zijn poëzie ‘licht dat alles verheldert, maar niets verklaart.’ Hans Tentije bouwde sinds zijn debuut Alles is er in 1975 aan een uniek oeuvre van zestien dichtbundels. Hij ontving er in het najaar van 2017 de Constantijn Huygensprijs voor. Een terechte en tegelijk verrassende keuze, want de oeuvreprijs is namelijk de afgelopen vijf jaar niet meer aan een dichter uitgereikt. De jury prees Tentijes poëzie om zijn ‘trefzekere observatie, oog voor detail en rake typeringen van personages en landschappen.’ Eerder werd Tentijes werk bekroond met onder andere de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs, de Herman Gorterprijs en de Karel van de Woestijneprijs.