Samenvatting
Met ingang van 1 januari 2010 zijn de bedrijfsopvolgingsregelingen voor verkrijgingen krachtens erfrecht en krachtens schenking in de aanmerkelijkbelangregeling in de inkomstenbelasting alsmede in de erf- en schenkbelasting ingrijpend gewijzigd. Met ingang van 1 januari 2011 zijn deze nieuwe regels opnieuw gewijzigd en verder verduidelijkt. Daarnaast zijn in de Invorderingswet 1990 bestaande uitstelregelingen aangepast en nieuwe regelingen geïntroduceerd, bijvoorbeeld voor de indirecte schenking van aanmerkelijkbelangaandelen en de schenking van een ter beschikking gestelde onroerende zaak. Ook zijn de beleidsbesluiten met betrekking tot het aanmerkelijk belang en de bedrijfsopvolgingsregeling in de erf- en schenkbelasting ingrijpend herzien. Inmiddels is ruim vijf jaren ervaring opgedaan met deze nieuwe bedrijfsopvolgingsregelingen en verschijnt ook de eerste jurisprudentie. Al deze wijzigingen zijn veelomvattend en grijpen zeer diep in op het werkveld van de praktiserend fiscalist die zich bezighoudt met bedrijfsopvolging voor IB-ondernemers en directeurenaandeelhouders. Bedrijfsstructuren zullen voornamelijk nog met het oog op het zoveel mogelijk benutten van de vrijstelling voor ondernemingsvermogen in de erf- en schenkbelasting worden opgezet. Men kan om deze nieuwe regels dus niet heen en moet zich die eigen maken, wat vanwege de veelheid en hoge mate van gedetailleerdheid ervan niet eenvoudig is. Dit boek beoogt behulpzaam te zijn bij dit proces en hiervoor een leidraad te bieden. Het boek behandelt uitputtend de nieuwe regels voor vererving en schenking van een IB-onderneming en medegerechtigdheid, aanmerkelijkbelangaandelen of -winstbewijzen en ter beschikking gestelde onroerende zaken. In het boek is in ruime mate de vele voorbeelden uit de wetsgeschiedenis en de toelichting op de lagere regelgeving overgenomen teneinde de werking van de nieuwe regels inzichtelijk te maken. Hiermee is het zeer compleet geworden en zal het voor de praktiserend fiscalist een handzaam naslagwerk zijn dat (hopelijk) zijn nut zal bewijzen in de praktijk. Over de auteur Prof.dr.mr. E.J.W Heithuis is hoogleraar fiscale economie en fiscaal recht aan de Universiteit van Amsterdam respectievelijk Open Universiteit en wetenschappelijk adviseur van BDO Belastingadviseurs.