Fragment
‘Ik voel me verloren. Ik slaap niet meer en kan me niet meer ontspannen. Ik krijg nauwelijks meer iets uit mijn vingers en voel me depressief en onzeker. Ik ben geen schim meer van de man die ik ooit was. Ik voel dat het leven me als zand door de vingers glijdt en ik zie geen andere uitweg meer.'
'Ik ben altijd een vechter geweest, een krijger, dat ben ik, maar nu is er niets meer om voor te vechten.
De rugzak vol met ellende die al jaren op mijn schouders drukt, is te zwaar geworden om nog te dragen en niemand helpt mij om die rugzak af te doen.’
‘Ik wil en kan niet meer zo doorgaan. Laat me maar, het is goed zo. Ik wil er zelf geen einde aan maken vanwege de nare effecten die dat op jullie heeft, maar ik wil gewoon nog één keer aan de bak en met een grote klap dit leven verlaten. Zoek me niet, laat me alsjeblieft met rust en het ga jullie goed.’
×