Samenvatting
Het Hof van Justitie EU, en wellicht in iets mindere mate de nationale belastingrechter, neemt vrijwel geen beslissing zonder de algemene rechtsbeginselen te hanteren als maatgevend criterium. Met andere woorden, het wordt moeilijk voor bijvoorbeeld een belastingadviseur of inspecteur om nog een zaak tot een goede oplossing te brengen zonder zich te verdiepen in de werking van die beginselen. Bijzonder aan de BTW is dat het is vormgegeven in het secundaire Unierecht. Bij de uitleg van de BTW-richtlijn grijpt het Hof van Justitie EU naar de algemene rechtsbeginselen, zoals het gelijkheidsbeginsel (fiscale neutraliteit), evenredigheidsbeginsel, en het rechtszekerheidsbeginsel. Het Hof van Justitie EU heeft inmiddels de richtlijn verduidelijkt in meer dan 400 arresten en in veruit de meerderheid van deze arresten spelen de algemene rechtsbeginselen een rol. Voorbeelden zijn te vinden in het MKB-segment, zo hanteert de rechter het gelijkheidsbeginsel bij de uitleg van de vrijstelling voor medische diensten. Bij zeer grote ondernemingen (banken, pensioenfondsen) speelt het bij de uitleg van de vrijstelling voor het beheer van collectief bijeengebracht vermogen. Om slechts enkele voorbeelden te noemen. Deze Fed Fiscale Brochure verduidelijkt aan de hand van BTW-thema's (belastingplicht, vrijstellingen, recht op aftrek, intracommunautaire prestaties, fraude, misbruik van recht en administratieve verplichtingen) de werking van algemene rechtsbeginselen.