Samenvatting
Lorca (1898-1936) behoorde tot de Generatie van ’27, een stroming in de Spaanse poëzie die de metafoor weer tot stuwende kracht van de dichtkunst maakte. Hij publiceerde een eigenzinnige bundel over de zigeuners, de Romancero gitano, en reisde naar New York, waar hij de zwarte cultuur leerde kennen. Lorca mat zich ook met de Arabische poëzie en voordat hij door fascisten werd vermoord, schreef Lorca nog het openlijk homoseksuele Sonnetten van de donkere liefde.
Hoewel zijn werk modernistisch was, heeft het zijn wortels in een rijke schakering aan culturele tradities. De lezingen die Lorca over zijn poëzie gaf, zijn nu voor het eerst vertaald en van toelichtende essays voorzien door Lorca-vertaler Bart Vonck.