Samenvatting
De jonge Maarten groeit op in de turbulente jaren ’60 en is in alles geïnteresseerd, behalve in de geschiedenis van zijn familie. Dat verandert als zijn vader sterft. Maarten vraagt zich af in hoeverre hij zijn vader, Buurt, echt gekend heeft. Gebruik makend van goed bewaarde dagboeken gaat de auteur van ‘Adellijk Wild’ op zoek naar het verhaal van zijn vader. In de tweede wereldoorlog heeft deze gevangen gezeten in het ‘Oranje Hotel’, in Scheveningen, waar hij al aantekeningen maakte over het Nederland van na de oorlog. Als Secretaris-generaal op het Ministerie van Algemene Zaken zou hij uiteindelijk een grote rol spelen bij vele politieke en maatschappelijke ontwikkelingen. Niet alleen het bestuur, het katholicisme, het koningshuis, of de opeenvolgende kabinetten hebben zijn leven kleur gegeven, maar ook zijn afkomst, waarin familiebanden, jacht en land een grotere rol blijken te spelen dan Maarten ooit gedacht had. Zoekend naar zijn vader moet hij ook het beeld van zichzelf bijstellen. Zoals geschoten wild moet rijpen voordat het geconsumeerd wordt, heeft de geschiedenis tijd nodig, voordat hij op papier gezet kan worden.