Samenvatting
Voor de tandarts behoort het vervaardigen van directe composietrestauraties tot het werk van alledag. Deze nascholing schetst een beeld van de huidige stand van de wetenschap omtrent het gebruik van composiet als restauratiemateriaal. Daarnaast worden de factoren besproken die van invloed zijn op de levensduur van restauraties. Deze zijn gerelateerd aan de materialen waarvan en waarmee de restauratie wordt vervaardigd, de tandarts en, last but not least, de patiënt. Vervolgens passeren de verschillende adhesiefsystemen en composietsoorten de revue en wordt duidelijk gemaakt wanneer en hoe bestaande directe en indirecte restauraties met composiet kunnen worden gerepareerd. Voor een goed eindresultaat moet de tandarts over de nodige praktische vaardigheden beschikken en voldoende kennis hebben van complexe opbouwtechnieken. Daartoe is een hoofdstuk Casuïstiek aan de nascholing toegevoegd, waarin verschillende klinische vervaardigingsprocedures worden getoond: van een eenvoudige standaardklasse II-composietrestauratie en een wat ‘moeilijkere’ restauratie met een cervicale rand die diep onder het tandvlees eindigt, tot het vervaardigen van een grote, knobbelvervangende composietrestauratie of een levensduurverlengende restauratie waarmee behoud van de mondfunctie bewerkstelligd kan worden. Tips en trucs worden aangereikt om creatiever met composiet te kunnen omgaan. Uit onderzoek blijkt dat posteriore composietrestauraties gemiddeld een lange levensduur hebben en in dit opzicht niet onderdoen voor restauraties die met de indirecte techniek zijn vervaardigd.