Samenvatting
Abraham Kuyper (1837-1920) was een wonderkind ‘met tien hoofden en honderd armen’. Hij schreef meer dan tweehonderd boeken, was een fanatieke bergbeklimmer en reisde de halve wereld rond. Rond 1900 was hij een dominante figuur in politiek en samenleving. We kennen hem als oprichter en Kamerlid van de ARP, en ook als stichter van een Amsterdamse universiteit en van de Gereformeerde Kerken. Uiteindelijk werd hij premier van alle Nederlanders. Als een staatsman werd hij ontvangen door koningen en keizers. Maar één ding was hij nagenoeg zijn leven lang: meer dan een halve eeuw werkte hij als journalist. Dagelijks schreef hij voor zijn dagblad en zijn weekblad in totaal meer dan 10.000 artikelen en 17.000 ‘driestarren’. Geducht en gevreesd bij vriend en vijand, bewonderd door de aanhang die hijzelf met zijn journalistiek had geschapen. Dit materiaal, dat sinds zijn dood vrijwel is vergeten en nooit eerder werd onthuld, vormt het hart van deze biografie. Kuyper speelde een hoofdrol in de jaren dat de journalistiek zich ontwikkelde tot een zelfstandige professie. Nationaal en internationaal was hij de leider van het jonge journalistengilde en stond hij midden in de stormachtige ontwikkelingen in de journalistiek rond 1900. In dit boek brengt Johan Snel die vergeten journalistieke wereld opnieuw tot leven.