Samenvatting
Door buitenzintuiglijke waarnemingen in haar jonge leven heeft Dori ontdekt dat er een tweede wereld is die we niet zien, maar parallel loopt met de fysieke wereld. Haar spirituele hoog gevoeligheid bracht met zich mee dat ze contact kreeg met die onzichtbare wereld. Na de dood van haar moeder verscheen de Geest van haar moeder aan haar en voorspellende dromen maakten dat ze de juiste beslissingen nam in haar zoektocht naar geluk en ware liefde. Aanvankelijk wist ze niet wat er gebeurde en was ontredderd, daar ze er met niemand kon over praten. Op een dag nam ze deel aan een voordracht over ‘het leven tussen de dood en de geboorte’ en zo kon ze die immateriële gebeurtenissen plaatsen. Ze werd bewust van het leven na de dood en schreef die bizarre gebeurtenissen op in een dagboek. De opeenvolgende ‘abnormale’ gebeurtenissen werden voor haar ‘normaal,’ vandaar de boektitel ‘(AB)NORMAAL.’