Fragment
Blz. 20.
Antonij verscheen op 28 december 1719, samen met een getuige, voor notaris Nicolaes Knaepen. Antonij is al enkele jaren, op de weide van een pachter, wachter geweest van diens beesten en de pachter heeft nu gevraagd hen te laten verschijnen.
Tussen augustus en oktober zijn, door een besmettelijke ziekte, 12 runderen gestorven met elk een waarde van 50 gulden. Daarenboven zijn de weiden nu ongeschikt om er runderen op te laten grazen.
Volgens de getuige, die af en toe ter plaatse was geweest, heeft Antonij, zoals hij zelf verklaart, de dieren begraven.
Blz. 79.
Hij (Antonius Martinus van der Horst) is beter bekend als Toon Tielen en woont samen met zijn moeder. Even na de oorlogsjaren haalde hij de Roosendaalse Jacoba Maas met haar dochtertje Adriana in huis. Haar man is door de Duitsers opgepakt. Ze blijft voor altijd bij koopman Toon want hij is een markant figuur met een zeer muzikaal fluitrepertoire. Het kleine paardje en het tweewielig wagentje waarmee hij elke dag de baan opgaat horen de mensen op deze manier al van verre aankomen. Zijdelings zittend op de kar fluit hij het hoogste lied. Op het eind van de dag heeft hij weer veel ijzerwaren en allerhande spullen op zijn kar verzameld. Dat tast hij weg op de grote hoop die er al ligt. Het is dan wachten om de verzamelde waar aan de man te brengen. Aan de vele konijnenvellen aan het plafond zal het niet liggen.
(uit eerste deel ‘ Fendertse negotie ‘)
Blz. 236.
In de 19e eeuw vervulde de Nederlandse burger niet altijd trouw zijn dienstplicht. In hogere kringen liet men zich zonder veel gewetensbezwaren vervangen. De gewone man probeerde op andere manieren onder de dienstplicht uit te komen, bijvoorbeeld door zich niet te melden op het gemeentehuis voor de verplichte inschrijving in de militieregisters. Ook kwam het voor dat vaders hun pasgeboren zoon bij de gemeente opgaven als dochter om hem te behoeden voor eventuele inlijving in de toekomst. In de Franse tijd moesten Scheveningse ouders hun baby’s daarom niet alleen inschrijven, maar ook daadwerkelijk tonen aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.
×