Fragment
Inleiding
Actief omgaan met muziek is belangrijk voor een evenwichtige persoonlijke ontwikkeling. Het luisteren naar en actief spelen van muziek heeft, met name bij kinderen, een positieve en stimulerende invloed op de ontwikkeling van de hersenen. Het stimuleert het maken en leggen van allerlei soorten affectieve, sociale en cognitieve verbindingen. En de gevoeligheid op allerlei vlakken1 wordt sterk gestimuleerd. Muzikale intelligentie2 is een essentieel aspect voor de groei en ontplooiing van het menselijke potentieel. Het optimaal stimuleren van de muzikale mogelijkheden van kinderen hoort daarom deel uit te maken van de opvoeding.
Mijn ideaal in muziekonderwijs is speelse muzikale activiteit van kinderen die samenwerken. Hoe zou je het als leerkracht ervaren als kinderen met plezier en vol overgave, taakgericht in twee- of viertallen, muzikaal bezig zijn? Dit kan er als volgt uitzien:
De kinderen spelen op verschillende soorten instrumenten en experimenteren met ritmes. In het lokaal klinkt op de achtergrond swingende muziek met een duidelijke beat. Tegen deze muzikale achtergrond voegen de kinderen hun eigen ritmes toe. Ze luisteren, experimenteren, controleren en spelen, en luisteren voortdurend of het klinkt zoals ze dat willen en ze maken keuzes. Het is een doorgaande beweging. Elk team heeft een eigen werktempo en alle teams zijn druk bezig om een kloppend en swingend ritmestuk te maken. Sommige kinderen doen alles samen en gelijktijdig. Anderen luisteren naar elkaar en helpen elkaar hun stuk goed passend te krijgen. Het is een levendig gezicht. Door de achtergrondmuziek spelen alle teams in het zelfde tempo, hebben ze een gelijke maat, en klinken de experimenten met een vergelijkbaar ritmegevoel. Veel muziek, veel verschillende activiteiten en toch overzicht en samenhang. De kinderen werken samen, benutten elkaars energie en muzikale mogelijkheden. Ze hebben het gevoel zelf keuzes te maken. Ze voelen zich ’eigenaar’ van het proces en het muzikale product.
Coöperatief leren was in mijn muzieklessen al een realiteit, lang voordat het begrip en de concepten in Nederland geïntroduceerd werden. Het is een fascinerende manier om onderwijs in te richten. Een manier van werken en leren, waarbij naar mijn idee op een krachtige en toch open wijze recht gedaan wordt aan kwaliteiten die in de kinderen aanwezig zijn en die wachten om aangesproken te worden.
Coöperatief leren verandert wel wat in de lessen en in de voorbereiding hiervan. De opzet en organisatie van coöperatief leren vraagt van een leerkracht een andere aanpak en houding. Immers het omgaan met structuur en ruimte is anders dan in de meer klassikale en frontale opzet van onderwijs. De opbrengsten zijn er echter ook naar. Kinderen zijn meer gemotiveerd en betrokken. Er is veel meer creativiteit. De basis van deze vorm van muziek leren is sociale muzikale interactie. Het is heerlijk om zo te kunnen en mogen werken met muziek en met kinderen.
Het is dan ook terecht dat de laatste jaren coöperatief leren bijzonder in de belangstelling staat. Er is een toenemende behoefte aan methodes die coöperatief leren vormgeven. Praktijkervaring en onderzoek gedurende meerdere decennia3 tonen de voordelen aan van coöperatief leren ten opzichte van frontale manieren van onderwijs. Als belangrijkste voordelen noemt Slavin (1996) het versterken van de motivatie van kinderen, de toename van sociale cohesie, het verdiepen van het leerrendement en het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling. Ook in het onderwijs in Nederland heeft coöperatief leren een plaats verworven (Veenman, 2001). Coöperatief leren is uitgewerkt in verscheidene handboeken en onderwijsmethodes zoals door Ebbens en Ettikhoven (2005), Haenen en Haitink (1998) en Van Vugt (2002). Ook in het werken met muziek en muziekonderwijs levert coöperatief leren belangrijke resultaten en voordelen op, zoals een verdieping van muzikale activiteit, muzikale reflectie en betrokkenheid (vgl. Evelein, 1998, 2006a; Kaplan & Stauffer, 1994).
Er zijn momenteel in het primair onderwijs nog drie kerndoelen die betrekking hebben de culturele ontwikkeling van kinderen, namelijk:
De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
Ondanks deze beperkte omschrijving is het met muziek in het primair onderwijs bijzonder slecht gesteld. De meeste leerkrachten hebben geen idee wat ze kunnen doen met muziek en voelen zich ook niet competent om iets op dat gebied te doen. Het lesprogramma zit overvol en er is te weinig geld voor het aantrekken van vakleerkrachten. Ook ontbreekt het op veel basisscholen aan leermiddelen om op een goede manier kinderen met muziek te laten werken en ervaringen te laten opdoen.
Dit boek is een eenvoudig en haalbaar antwoord op het gebrek aan actieve muziekbeoefening bij kinderen. De activiteiten in dit boek geven leerkrachten, ouders en verzorgers, en andere mensen die met kinderen werken, stimulerende en originele invalshoeken om kinderen zelf actief muziek te laten maken.
In het boek zijn veel muzikale activiteiten opgenomen die kinderen eenvoudig in teams kunnen uitvoeren. Zo zijn er zijn kleine activiteiten van 10 minuten, maar ook van 30 tot 45 minuten. Gekozen is voor eenvoudige, pakkende en speelse muzikale activiteiten. Zonder nadruk op notenschrift, zonder complexe instrumentale vaardigheden en zonder gebruik van ingewikkelde muziektheoretische kennis4. Om deze activiteiten in de klas te gebruiken hoef je als leerkracht niet over uitgebreide muzikale vaardigheden te beschikken of veel over muziek te weten.
Deze activiteiten brengen de kinderen op een verrassende en speelse wijze in contact met klank, muziek, creativiteit en fantasie. Zo worden ze omringd door een veelheid aan muziek (het spelen met klank, vorm, samenspel, muzikale reflectie etc.). Muziek is voor de muzikale, maar ook de cognitieve, affectieve en sociale ontwikkeling van kinderen belangrijk. Muzikale activiteiten stimuleren een spectrum aan muzikale vaardigheden. Zoals het kunnen hanteren van melodie, ritme, vorm en gelaagdheid. Maar naast muzikale vaardigheden worden ook andere vaardigheden aangesproken. Dit zijn bijvoorbeeld ruimtelijk inzicht, het kunnen ordenen, systematiseren, abstraheren, schematiseren, visualiseren en analyseren. Ook wordt embodied knowledge5 – we vertalen dit met ’belichaamde kennis’ – door de activiteiten gestimuleerd. Belichaamde kennis is gekoppeld aan handelen en ervaren. Voorbeelden van belichaamde kennis zijn een expressieve manier van voorlezen; het voelen van ritme, puls en sfeer in muziek; met expressie een lied ten gehore brengen; alle vormen van bewegen en aanraken, proeven, zien, horen en ruiken; de sfeer van een schilderij ervaren als onderdeel van een ruimte; en de ervaring van een ruimtelijk wiskundige structuur.
Het wordt steeds duidelijker dat er in het onderwijs een balans moet zijn tussen het leren van abstracte kennis – die nu nog erg overheerst – en meer op ervaring gebaseerde en belichaamde kennis. Dit laatste draagt er toe bij dat kinderen tijdens het leren in contact blijven met wie ze zijn, hun gevoel, hun spontaniteit en hun energie. De muzikale activiteiten in dit boek dragen hier in hoge mate aan bij. Tot slot leidt het gebruik van de activiteiten in dit boek tot de ontwikkeling van een spectrum aan sociale vaardigheden, zoals luisteren naar elkaar, overleggen, samen oplossingen bedenken en afspraken nakomen.
De in dit boek beschreven activiteiten kunnen snel en gemakkelijk in duo’s, viertallen, zestallen en achttallen worden uitgevoerd. Het idee hierbij is dat kinderen samenwerken en samen leren door actieve muzikale interactie en reflectie. De activiteiten zijn, waar nodig, voorzien van een duidelijke (auditieve) muzikale context die als muzikale ondersteuning gebruikt kan worden. Dit zorgt ervoor dat de muzikale activiteit van de kinderen wordt ingebed in een goed klinkend muzikaal geheel. Deze muzikale contexten werken als een soort buitenboordmotor voor het leerproces. De kinderen kunnen eenvoudig meeliften op deze muzikale basis en zo spelenderwijs musiceren en leren.
Bij veel van de activiteiten worden kaartjes gebruikt. Kaartjes met inhoud, met reflectieve vragen of met een rolverdeling in het teamwerk. Deze geven de activiteiten een stapsgewijze en overzichtelijke structuur. Mede door het gebruik van deze kaartjes is er binnen de activiteiten veel ruimte voor eigen keuzes, wat de betrokkenheid van de kinderen vergroot6.
Alle activiteiten zijn voorzien van een eenvoudige, stapsgewijze instructie voor de leerkracht. Deze hoeft in de meeste gevallen niet muzikaal onderlegd te zijn. Verder wordt bij elke activiteit het vereiste groepsniveau aangegeven, dit loopt van groep 1 tot en met 8. In het geval een activiteit bruikbaar is op meerdere niveaus worden aanpassingen en alternatieven beschreven.
×