Samenvatting
Anne is 18 jaar wanneer zij op haar scooter naar huis rijdt. Een normale dag eindigde in een nachtmerrie, ze werd geschept door een auto. Ze keek de dood in de ogen en wist dat haar leven niet meer hetzelfde zou zijn. Pas maanden later kwam de grote klap. Een onzichtbare klap voor de buitenwereld, maar een zichtbare voor haarzelf. Ze moest gaan revalideren en keuzes maken. Toen het haar allemaal teveel werd begon ze met het opschrijven van haar angsten en emoties. Anne kent geen schaamte en vertelt dan ook open en eerlijk alles wat zij meegemaakt heeft. Het boek gaat over vallen en opstaan, er sterker uitkomen en het nooit opgeven van je dromen. Maar ook over de onzekerheden die bij het studentenleven horen. De ene na de andere tegenslag, maar ze bleef vechten. Anne geniet tegenwoordig van alles wat ze heeft en ziet overal het positieve van in. Anne heeft dit boek geschreven voor haarzelf, maar ook zodat haar omgeving haar beter zou begrijpen. De worsteling van onbegrip is wat ertoe bijgedragen heeft dat Anne in een diep gat terecht kwam, waar zij niet gemakkelijk uit kwam. Niemand ziet, voelt of begrijpt haar pijn, want met woorden uitleggen lukte niet. Opschrijven lukte haar wel.