Fragment
Voorwoord.
In het jaar 1989 verscheen de eerste editie van het boek 'Vacuümtechniek’ (VT), toentertijd ontstaan vanuit de behoefte om de beschikking te hebben over zowel een up-to-date naslagwerk vacuümtechniek als bruikbaar lesmateriaal ter begeleiding van de onder auspiciën van de Nederlandse Vacuümvereniging NEVAC gegeven cursussen vacuümtechniek op MBO en VMBO niveau. Deze cursussen werden en worden nog steeds op verschillende locaties in Nederland verzorgd.
Reeds bij het verschijnen van deze 1ste editie was het de auteurs duidelijk, dat de stormachtige ontwikkelingen in de vacuümtechniek en -technologie een update binnen afzienbare tijd nodig zouden maken. Verder ontstond in de 90er jaren een toenemende behoefte om niet alleen voor het MBO-kader maar ook voor HBO'ers en academici over een adequaat en compleet vacuümtechnisch leerboek te beschikken. Dit zowel ten behoeve van de inmiddels eveneens onder auspiciën van de NEVAC aangeboden cursussen Hogere Vacuümtechniek als voor gebruik bij het onderwijs op het gebied der vacuümtechniek aan universiteiten en hogescholen.
Deze opvattingen culmineerden in het jaar 2000 in de totstandkoming van het alom bekende 'Basisboek Vacuümtechniek' (BBVT) dat met twee herdrukken in 2003 en 2008 sindsdien is uitgegroeid tot hét standaardwerk op het vakgebied der vacuümtechniek in het Nederlandse taalgebied. Binnenkort zal een geheel geactualiseerde versie van dit BBVT op de markt verschijnen.
Naar de mening van de auteurs bestaat er in het huidige Nederlandse vacuümboekenland naast zo'n geheel vernieuwd BBVT bij het middenkader duidelijk behoefte aan een "revival" van het bovengenoemde aloude boek 'Vacuümtechniek', dat in eerste instantie bedoeld was om technici op MBO-niveau op te leiden voor het ontwikkelen van vacuümsystemen, het toepassen van technieken in vacuüm en het oplossen van problemen met vacuümapparatuur. Een boek dus met alle noodzakelijke informatie voor vacuümtechnici, maar zonder de door het middenkader als "ballast" ervaren verdiepingsstof, die het BBVT voor HBO'ers en academici zo aantrekkelijk maakt.
Het behoeft geen betoog, dat 29 jaar na het verschijnen van de 1ste editie het nieuwe VT op vrijwel alle onderdelen intensief is geactualiseerd. Met name de hoofdstukken handelend over vacuümpompen en pompsystemen, drukmeting, restgasanalyse, dichtheidscontrole en reiniging en werkdiscipline zijn sterk uitgebreid en qua opzet onherkenbaar veranderd. Verder is een aantal hoofdstukken voorzien van oefenvraagstukken, onderverdeeld in drie moeilijkheidsgraden. Achterin het boek zijn niet alleen de korte antwoorden bij deze oefeningen opgenomen, maar ook hun complete uitwerkingen. Verder is ten behoeve van het VMBO-niveau een module 'Rekenen en aflezen' toegevoegd. Tenslotte is het boek omwille van diens praktische bruikbaarheid uitgebreid met enige appendices voorzien van relevante overzichten, grafieken en tabellen. Een en ander maakt het nieuwe VT zeer geschikt als cursusboek voor de in Nederland ingeburgerde combi-cursussen MBO-VMBO onder auspiciën van de NEVAC. Ook leent het boek zich heel goed voor zelfstudie.
Volgend op diens verschijningsdatum eind 2018 is het boek op een paar kleine punten aangevuld dan wel gewijzigd. Allereerst is in hoofdstuk 5 'Drukmeting' het onderdeel over de ionisatiemanometer van Lafferty verwijderd. Deze drukmeter is in 1961 op de markt gekomen, maar wegens diverse zowel fundamentele als praktische bezwaren reeds na korte tijd weer uit de handel verdwenen en bezat dus uitsluitend nog historische waarde. In de plaats hiervoor is een recent ontwikkelde ionisatiemanometer opgenomen gebaseerd op de Bayard-Alpert configuratie, de zogenaamde "Belt Bent-Beam" (3B) manometer met een zeer lage Röntgengrens van ca. 5 x 10-12 Pa, d.w.z. bruikbaar tot in het 10-12 Pa bereik. Verder is het aantal benoemde drukgebieden beneden 1 atmosfeer uitgebreid van vier naar vijf. In meer recente vacuümliteratuur en advertenties van vacuümfabrikanten wordt terwille van onderscheid en gemak aansluitend op het bekende ultrahoogvacuüm drukbereik 10-4 - 10-7 Pa de term "extreemhoogvacuüm" (xhv) steeds vaker gebezigd om het drukgebied beneden 10-7 Pa aan te duiden. Deze nieuwe vacuümterminologie hebben wij in het hele boek doorgevoerd; zie figuur 5.1.
De auteurs zijn dank verschuldigd aan Dr Masahiro Hirata (National Institute of Advanced Industrial Science and Technology, Japan) voor de nuttige mailcorrespondentie betreffende de fysica van de kwartskristal frictiemanometer. Harold Zandvliet (Universiteit Twente, Enschede NL) danken wij voor het kritisch doorlezen van paragraaf 8.9.2 handelend over de waterstoflekdetector. Zijn commentaar heeft bijgedragen aan ons inzicht in de fysica van deze detector. Norbert Koster (TNO Industrie en Techniek, Semiconductor Equipment, Delft NL) en Peter van der Heijden (VDL Enabling Technologies Group, Eindhoven NL) zijn wij zeer erkentelijk voor hun bijdrages aan de actualisering van het hoofdstuk 'Materiaalkeuze, smering, reiniging, werkdiscipline'. Bij het incorporeren van de reinigingstechniek ‘keramisch parelen’ in dit hoofdstuk is met vrucht gebruik gemaakt van de brochure ‘Keramisch Parelen van Roestvaststaal’ van de firma Vecon, Maassluis NL.
Verder willen wij een aantal representanten van vacuümfirma’s dank zeggen voor het belangeloos ter beschikking stellen van figuren en/of hun inhoudelijk commentaar op relevante tekstdelen: Dr Falk Braunschweig, Mark Fierloos en Ron van Vossen (Alcatel Vacuum Technology), Dr Sherm Rutherford (Duniway Stockroom Corporation), Harry Nagel en David Schijve (Edwards Vacuum), Sjors Kruidenberg (Elmo-Rietschle), Dr Arnim Conrad en Pieter Heidema (Pfeiffer Vacuum), Werner Große Blei (Inficon), Dirk Pootjes (Demaco - Granville Pillips), Joost Hommel (Paroscientific) en Sam Kishikawa (XHV products - Tokyo Electronics Japan).
'Vacuümtechniek’ is een uitgave onder auspiciën van de Nederlandse Vacuümvereniging NEVAC, die hiermee een van haar belangrijke doelstellingen, namelijk de verbreiding van kennis op het vakgebied der vacuümtechniek, een passende inhoud geeft.
Peize Bert Suurmeijer
Harmelen Theo Mulder
Kockengen Jan Verhoeven
Zomer 2018, bijgewerkt januari 2021
×