Samenvatting
Carolina Lea de Haan, Smilde 01-01-1881 - Laren 16-11-1932, zuster van de dichter Jacob Israël de Haan, dochter van een joodse godsdienstleraar, begon haar publicaties (onder de naam Carry van Bruggen) met schetsen naar het naturalistisch procedé, Breischooltjee, waaruit nog niet de op de voorgrond tredende eigenschappen van dit bijzonder en sterk talent spraken. Deze openbaarden zich in haar romans, als De Verlatene (1909) en Heleen 1913, in 1934, vermeerderd met achterin Enkele bladen uit Helene’s Dagboek, veel later nog Eva (1927), die haar deden kennen als een schrijfster van felle, hevige menselijkheid, behept meteen onweerstaanbare neiging tot zelfanalyse. Haar romans hebben hierdoor een sterk autobiografische inslag, het openhartig rekenschap geven van zichzelf is een treffende eigenschap er van. Daarnaast bleek in haar een bij vrouwelijke auteurs zelden voorkomende wijsgerigheid te leven, die haar in staat stelde tot een zeer oorspronkelijk en geëmotioneerd denken, steunend op een kennis van filosofie en cultuurgeschiedenis van machtige omvang. Haar Prometheus (1919), een getuigenis van de geestelijke crisis in het Europese denken door Wereldoorlog I, is daaruit voortgekomen. Het boek vond op verre na niet de waardering die het, ook bij alle gebreken van een ongeremde betoogtrant, herhalingen, tegenspraken, onverwerkte hegelianismen, zwakke compositie en een felle, eenzijdige visie, toch verdient om de sterke stroom van het denken waar0p de lezer zich voelt meegenomen, de grootse poging tot een samenvattende greep op de geestelijke ontwikkeling in de loop der eeuwen en het hartstochtelijke pleidooi voor de vrijwording van het denkend individu, die zij als zin en drijfkracht geschiedenis ziet, tegen alle tegenkrachten en belemmerende machten in. Veel later pas zou Ter Braak er de in het Carnaval der burgers nog bespeurbare invoed van ondergaan, en in een jonge generatie uit Wereldoorlog ii vond het, met de dappere wanhoop en de verwoede waarheidsdrift waaruit het geschreven is, opnieuw weerklank. H. A. Gomperts verzorgde de 2e druk (1946, met inleiding). Het is een magistraal verweer tegen de heerschappij van de schijn in de samenleving en een prachtige tekening van de oppositiefiguur in de Europese letterkunde en cultuur van de middeleeuwen tot nu. Het is de belangrijkste cultuurstudie die de Nederlandse letterkunde rijk is. Haar studie Hedendaags Fetisjisme (1925) over het gebruik van de taal in dienst van de schijn sluit er op aan. In Het huisje aan de sloot (1921) en enkele volgende boeken is zij teruggekeerd tot haar jeugdherinneringen uit de Zaanstreek.
Carry van Bruggen wordt geboren in een zeer kinderrijk (17) gezin in Smilde en verhuist al snel naar Zaandam. Daar volgt ze een opleiding tot onderwijzeres. Vanaf 1900 geeft ze les in Amsterdam. In de hoofdstad krijgt ze door toedoen van haar broer Jacob Israël de Haan contact met de culturele wereld. Carry vertaalt, schrijft recensies, verhalen en romans. Ze debuteert met de bundel In de schaduw over haar joodse jeugd en haar weinig positieve herinneringen aan Indië. Haar eerste romans zijn sterk door het naturalisme bepaald, in later werk gaat het haar meer om ‘subjectieve zelfverdieping’. Het door Frans Coenen zeer bewonderde Heleen is daar een goed voorbeeld van. De rol en de positie van de vrouw komt in die roman voor het eerst duidelijk naar voren: 'waarom alles is zoals het is’ Tijdens een voordracht in Bussum op 3 april 1928 stort ze in. Gedurende de laatste vier jaar van haar leven verblijft zij regelmatig in psychiatrische inrichtingen. Hoewel ze aan het gebruik van grote hoeveelheden slaapmiddel gewend was raakt ze in november 1932 in coma, Na enkele dagen krijgt ze ook nog een longontsteking. Zonder bij kennis te zijn geweest overlijdt ze op 16 november 1932. Er bestaan twijfels of hier sprake was van zelfmoord; algemeen wordt dit wel aangenomen. Op 19 november 1932, een herfstige dag, word Carry van Bruggen op de Algemene begraafplaats in Laren begraven. Geen enkel bloemstuk dekte de baar. Een zwart kleed was over de kist gedrapeerd en werd na de ter aarde bestelling over het graf gelegd.