Fragment
Uit Passage 2
Gedaante Verandering
Er staat een oude man in vodden kleren, in plaats van de vrouw die zij net spraak voor haar gezicht.
‘Dat wist ik.’ zegt de man.
‘Wist wat?’ vraagt Magailca. ‘Je bent niet van hier.’ antwoord de man.
‘En?’ zegt Magailca.
‘Ik ben het. Je zat toch net met mij te praten?’ zegt de man. Magailca schudt haar hoofd van nee en zegt,
‘nee, ik heb net een mevrouw aangesproken.’
‘Ja, mij.’ zegt de man.
‘Hoezo u?’ wilt Magailca duidelijkheid van zaken. ‘Je bent in Danté Cheen.’ zegt de man.
‘Dat weet ik.’ zegt Magailca.
‘Jaaa, dat weet je?’ zegt de man spottend.
‘Ja.’ antwoordt Magailca.
‘Hoe komt het dan dat je zo van mij schrik?’ wilt de man weten.
‘U bent een man.’
‘Ja, maar ik ben het. Hier in Danté Cheen, gebeurt het wel eens dat iemand van gedaante verandert.’ zegt hij.
‘Oh ja?’ reageert Magailca verbaast.
‘Ja.’ zegt hij.
‘Hoe komt dat?’ vraagt Magailca nieuwsgierig.
‘Wanneer iemand gewetenswroeging heeft, gebeurt dat.’ zegt de man.
‘Dus, wanneer iemand iets fout heeft gedaan?’ zegt Magailca vragend. Ja, zegt de man.
‘Oh? U hebt vandaag of net iets fout gedaan.’ wilt Magailca weten.
‘Nee,’ antwoord hij.
‘Weet u dat zeker?’ vraagt Magailca.
‘Ja. Je gelooft mij nog steeds niet, hé?’ zegt hij. Magailca zucht even en zegt, ‘wel? Ik ken u niet. U kunt net zo goed een boef zijn. Waar is de mevrouw die ik net sprak dan?’
‘Ik zeg het je toch, ik ben het.’ zucht de man. Magailca reageert nog steeds onverschillig.
‘Ik laat het hierbij, als u maar van mij afblijft.’ zegt ze tegen de man.
×