Fragment
Brandee zit op haar kamertje op zolder. De regen tikt hard tegen het dakraam. Vandaag is de grote vakantie begonnen. Dat belooft wat met dit weer, denkt Brandee. Helaas gaat het gezin dit jaar niet samen op reis. Brandee baalt een beetje, want al haar vrienden vertrekken morgen of overmorgen naar hun vakantiebestemming. Jet, haar beste vriendin, gaat wandelen in Oostenrijk. Klaas, haar voetbalmaatje, gaat op voetbalkamp in Spanje. "Mooi is dat. Zit ik hier opgescheept met Jan jr." mompelt Brandee tegen zichzelf. Het onweert in de verte en Fooks, haar hond, jankt zachtjes en springt op het bed. Hij is bang voor onweer. Brandee pakt haar tablet en bekijkt op het internet zonnige vakantiebestemmingen. Klaas heef haar alles verteld over het voetbalkamp waar hij heen gaat. Ze zoekt het op. "Wow, wat is dat gaaf zeg!" Er is ook een excursie naar het voetbalstadion van FC Barcelona bij de volledig verzorgde reis inbegrepen. Het kamp ligt op een heel mooie plek dichtbij het strand. Intussen begint het nog harder te regenen en Brandee hoort de wind razen over de dakpannen. Een bliksemflits verlicht de kamer en een KLAP onweer volgt. Fooks springt trillend op haar schoot. Het is zes uur in de avond, haar moeder roept: "Brandee, kom je eten?" Brandee sluit haar tablet af en loopt snel naar beneden. Fooks, die voor geen goud alleen op het zolderkamertje achterblijft, rent haar op de trap voorbij. "Wat een watje ben je toch Fooksie," zegt Brandee tegen haar hond terwijl ze hem over zijn rug aait.
×