Fragment
Op het vliegveld achterhaalde Maya snel bij welke gate ze moest zijn voor haar aansluiting. Er was geen vertraging voorzien voor haar vlucht naar Ahmedabad. In de wachtruimte bleken de stoelen redelijk comfortabel en de temperatuur aangenaam. De wifi was duur maar de verbinding goed. Het zag er naar uit dat ze haar plan om zich op de luchthaven verder voor te bereiden op haar verblijf in Gujarat, echt zou kunnen uitvoeren.
Dat viel echter tegen. Haar eigen gedachten zaten haar dwars.
In Nederland had ze daar nooit last van. Ze was gewend om van de ene activiteit naar de andere te rennen. Altijd even extravert. Tegenslagen kwamen met uitdagingen en nieuwe kansen. Wanneer een deur sluit gaat een andere open. Van filosoferen en introspectie wordt een mens maar depressief. Waar was ze nu dan mee bezig? Waarom had ze zo overdreven, hysterisch bijna, gereageerd op die surrealistische verkleedpartij in het vliegtuig, op die vlinders die terug rups werden? Natuurlijk, de vermoeidheid had een rol gespeeld. Het ontregelende effect van haar verblijf in het Marriott hotel. De teleurstelling over het tegenvallende resultaat van haar werk in Pakistan. Maar dat was toch niet alles. Angst speelde ook een rol. Angst die ze blijkbaar verdrong.
Ik ben hier best goed in.
Even werd ze zelfs een beetje vrolijk van die laatste gedachte. Okay, dan moest ze het ook maar goed doen ook. Waar was ze bang voor? Wat verdrong ze?
De herinnering aan de aanranding in Rawalpindi?
×